Geno Washington & The Ram Jam Band, 100 Club, London, 14 mei 2010.
Geno Washington beleefde zijn everestmoment toen de zwarte Amerikaanse soul onze discotheken deed daveren, maar de artiesten zelf alhier bijna niet te bespeuren vielen.
Proloog: het EP-hoesje dat ik helemaal naar London heb meegenomen om te laten signeren, ligt op mijn kamer…
Geno Washington beleefde zijn everestmoment toen de zwarte Amerikaanse soul onze discotheken deed daveren, maar de artiesten zelf alhier bijna niet te bespeuren vielen.
De in Engeland gestationeerde Amerikaanse GI Geno Washington beschikte over een stem als een klok, boventallige humor, tonnen présence en een vergevorderde vorm van bühne-ADHD. In het Swinging London van toen – pakweg tussen 1966 en 1969 – stond hij voor de perfecte belichaming van Wilson Pickett , Sam & Dave, Otis Redding, Arthur Conley e tutti quanti. Met zijn Ram Jam Band lokte hij het grootste blasé publiek (Flamingo, Marquee) binnen de vijf minuten op de dansvloer. Pye was zo clever om enkel live of live in de studio-opnames uit te brengen, met de toen ongewone klemtoon op LP-succes, zodat elkeen de show opnieuw kon beleven. Want Geno is spektakel en puur entertainment. Toen de swingsoul ontaardde in philadelphiajam en discostroop, eindigde Geno’s glorietijd. Later, eerden Dexy’s Midnight Runners hem op gepaste wijze. Washington vernieuwde niets, maar introduceerde een genre.
Ouwe rotten verleren hun vak niet, dus stilgezeten heeft Washington nooit. Als deel van een Britse tournee, stond hij nog eens op Londense planken. In de beste zwarte traditie, maakte de begeleidingsgroep het publek warm met een instrumentele intro. Een stevige ritmesectie, een efficiënte leadgitarist en niet minder dan drie saxofoons zouden instaan voor authentiek soulgeluid zonder franjes. In bobsleetempo serveerde Geno Washington daarna een replica van zijn sixties repertoire, d.w.z. soulmijlpaal na soulmijlpaal (Arthur Conley, Otis Redding, James Brown, Eddie Floyd, Wilson Pickett…), enkel afgewisseld met onversneden funk, een rocker (“My Jolene”) en een trage blues om de zuurstofvoorraad op peil te brengen. En “Michael”, zijn hitje. Hij zweette en danste, verkocht schunnige opmerkingen, relativeerde zichzelf door naar zijn “jong” publiek te verwijzen, maar klonk ook oprecht dankbaar dat de zaal gevuld was met fans van toen. Wie niet aan het dansen gaat als Geno de micro vastpakt, moet zijn motoriek laten testen. Na een pompend “Everybody Needs Somebody to Love” en de riff uit “Jumpin’ Jack Flash” was het feestje van anderhalf uur uit. Echte soulmen nemen geen pauze, zij zweten voort. Alsof de jaren ’60 niet voorbij waren, draaide een dj daarna nog een dansfeestje.
Epiloog: ’s Anderendaags vind ik op Portobello een LP van Geno die ik nog niet had!
NOOT: Het werk van Geno Washington is amper op cd verkrijgbaar. Deze dubbele cd-compilatie kan nuttig zijn: : “Foot Stomping Soul: The Soul Years”. Kijk dus uit naar zijnLP’s:
1. Night Train / Pick Up The Pieces (instrumentele nummers met enkel The Ram Jam Band
2. I Can't Turn You Loose / Don't Fight It, Feel It / Land Of A Thousand Dances
3. Midnight Hour
4. Michael (The Lover)
5. Sweet Soul Music
6. Papa's Got A Brand New Bag
7. My Jolene
8. Green Onions
9. Knock On Wood
10. Everybody Needs Somebody + riff Jumpin’ Jack Flash.