Taal en seksisme

Elke taalkundige zal het beamen: er bestaat geen enkel verband tussen grammaticaal geslacht en biologisch geslacht, nu “gender” genoemd. Het “geslacht” van een woord kan derhalve nooit seksisme uitstralen of discrimineren. 

En toch. In aanloop naar de Internationale Vrouwendag meent Anke Strubbe, voorzitster van de Leuvense studentenvereniging LGBTQ+, dat de mannelijke voornaamwoorden “hij-zijn” plaats moeten ruimen voor het neutrale voornaamwoord “die”. Helaas is “hij” een persoonlijk voornaamwoord en “die” een betrekkelijk voornaam woord (“De man / vrouw die gisteren langs kwam”) of een aanwijzend voornaamwoord ‘“Die man / vrouw kwam gisteren al langs”, d.w.z. “die” man / vrouw en geen andere).
Verwisselen kan niet zomaar. De zin “Londen en zijn mooie parken” wordt à la Strubbe “Londen en die mooie parken”. Lulkoek.  Ze verwijst naar seksistisch taalgebruik in de Bijbel (!), maar ook in juridische teksten, waar “hij” veralgemeend wordt gebruikt, bijvoorbeeld voor “rechthebbende”. Een zin als “Hij heeft recht op schadevergoeding” wordt dan “Die heeft recht op schadevergoeding”. Deze constructie gaat in tegen de betekenis van “die”: “die” wel, maar de andere niet. Onzin. En zo wordt het overduidelijk waarom Strubbe in haar opiniestuk geen enkel praktisch voorbeeld geeft. Omdat het in de realiteit niet lukt. Daarom moest ik er hier zelf construeren. 
Nogmaals: er bestaat geen enkel verband tussen grammaticaal geslacht en biologisch geslacht, nu “gender” genoemd. Het “geslacht” van een woord kan derhalve nooit seksisme uitstralen of discrimineren.

Onze eigen moedertaal spreekt boekdelen.

Elementaire spraakkunst

Twee of drie geslachten
Het Nederlands telt twee bepaalde lidwoorden:“de” en “het”. Samen verwijzen ze naar drie grammaticale “geslachten”: mannelijk, vrouwelijk en onzijdig. Wanneer we er echter de onvermijdelijke bezittelijke voornaamwoorden bij halen, komen we uit bij twee geslachten: mannelijk (“zijn”) en vrouwelijk (“haar”).
Het Nederlands telt één onbepaald lidwoord, “een”, maar onbepaalde lidwoorden spelen in ons verhaal geen rol.

Onzijdig
Het opmerkelijkste kenmerk is natuurlijk het onzijdige lidwoord “het”. Hier zouden we kunnen stoppen, want onzijdige gender is per definitie onzin.

Tweegeslacht
Ons bepaald lidwoord “de” maakt de discussie nog interessanter, want het kan zowel naar een mannelijk als een vrouwelijk substantief verwijzen. Het de-woord “strijd” is mannelijk, het de-woord “fiets” daarentegen zowel mannelijk als vrouwelijk, terwijl “informatie” dan weer enkel vrouwelijk is. Wie enkele duizenden substantieven wil scannen, zal hierin onmogelijk een genderpatroon kunnen ontwaren. Wat zou er overigens gender kunnen zijn aan een stoel, tafel, fruitpers, luier en tulp?

De meeste taalgidsen en woordenboeken hechten heden ten dage minder belang aan het onderscheid mannelijk-vrouwelijk, om de zeer eenvoudige reden dat veel substantieven in de loop der tijd werden “vermannelijkt”, vooral in het Noorden. Het bekendste, lichtelijk overtrokken voorbeeld daarvan is “De koe, hij graast in de wei”. In Vlaanderen bestaat een groter gevoel voor mannelijk-vrouwelijk, omdat het onderscheid dieper is geankerd in onze dialecten. Deze “vermannelijking “ heeft echter niets met de macht van De Dominante Man over onze taal te maken, het is een proces dat evengoed omgekeerd had kunnen verlopen.  In het Engels, bijvoorbeeld, werden bijna alle substantieven onzijdig (“it”). Wie in dergelijke taalevolutie seksisme ontwaart, moet dringend op de bank.   

Een binaire onzijdige
Onze taal bevat een schat aan argumenten tegen het vermeende taalseksisme. Het de-woord “stad” kan zowel mannelijk al vrouwelijk worden gebruikt, hoewel de meeste Vlamingen voor vrouwelijk zullen kiezen. Dat doet er verder niet toe. Een welbepaalde stad echter, Gent of Antwerpen bijvoorbeeld, is namelijk ook complexloos onzijdig, zoals in “Het Gent van de textielindustrie is verleden tijd”.  Tot voor kort, zag je nog borden zoals “Oostende, zijn casino, zijn strand, zijn dijk”.  

Hopelijk tonen al die voorbeelden aan dat grammaticaal geslacht en gender geen fluit met elkaar van doen hebben. Toch maken we nog een ommetje – for good measure. 



English spoken


Het Engels kent maar één bepaald lidwoord: “the”.  “The” dekt niet  twee of drie geslachten, maar slechts één: onzijdig. Naar een tafel, stoel, bank, zwembad, fish & chips-kraam of aardbei, wordt niet met “he” of “she” verwezen, maar enkel met “it”: “London is known for its gardens”; “My favourite Indian is famous for its locally resourced ingredients”.  

Natuurlijk bestaan er uitzonderingen.
Een eerste reeks is de evidentie zelve, namelijk wanneer het biologische geslacht overduidelijk is, zoals bij “cow”, “boar” of “hen” – maar dus niet bij “chicken”.
Een tweede reeks sluit mooi aan bij onze redenering. Een heel beperkt aantal substantieven is nog … vrouwelijk. Als dat geen goed nieuws is voor onze kruisvaarders. Inderdaad, “ship” en “car”  zijn allebei “she”. Opgelet: “Fill her up, please” betekent enkel “Graag voltanken” en duidt niet op een seksistische daad.  Maar vrouwelijk is ook niet goed! De taalkundig onkundige blogster Meg Thomson heeft het gevonden: “car = she”, omdat vrouwen worden beschouwd als speeltjes voor mannen. Zoals auto’s. Een zin als “She’s a beauty” (“Een prachtkar” dus) kan volgens haarniet door de beugel. Gelukkig, aldus Thomson, staan nu ook vrouwen aan het hoofd van de auto-industrie. Eén raad: rap stand-up comedian worden, dan kunnen we eens lachen met die onzin. Een linguïstische verklaring of verwijzing vinden we niet.
Nu we toch aan goede geestelijke werken doen: een auto is vrouwelijk in het Engels (car) en het Frans (voiture), maar, helaas voor Thomson: “der Wagen”, “das Auto” (allebei Duits), “el coche (Spaans) en “el cotxe (Catalaans) maken korte metten met het vermeende seksisme.   

 

Het Diepe Niets

 

Zoals bij zoveel activistische groepen, kent ook de taalpolitie geen ander middel dan repressie, schuld en boete. Het lijkt wel alsof in de oertijd een stel mannen samen zat om een taal en een bijhorende grammatica te construeren teneinde hun dominantie te versterken. In dat geval, hadden ze al die grammaticale vrouwelijkheid toch weggelaten? In nogal wat talen, spelen lidwoorden amper een rol, een reden waarom veel Vlamingen met Turkse roots moeite blijven hebben met zoiets eenvoudigs, voor ons toch, als “hij” en zij” voor naamwoorden.

De uitleg valt niet ver te zoeken: geen van deze activisten presenteert een alternatief. Ze kunnen er nu eenmaal geen uitbouwen. Kunt u zich nu een taal voorstellen die zich schikt naar LGBTQIAP? Nee dus. Daarom rest de activisten maar één optie: het bestaande afschaffen. Als de taal niet LGBTQIAP? kan zijn, dan verwringen we ze tot het past. Alles “neutraal’.  Stoort iemand zich  aan de Kerstboom? Kappen. Vindt iemand Zwarte Piet niet kunnen? Afbleken dan maar. Psychologisch geraakt door het woord “allochtoon”? Gewoon begraven! 
De ware aard van al deze minderheden die geen rechten maar voorrechten opeisen, hun specifieke identiteit aan iedereen willen opleggen met de plicht hen te respecteren of anders aan de schandpaal te worden gebonden? Een onstuitbaar streven naar het Diepe Niets.

 

Taalkundig seksisme onbestaand?

 

Bestaat er dan geen seksisme of discriminatie in onze taal? Zeer zeker: wat in de samenleving voorkomt, vinden we ook in de taal. Als we de taal censureren, zoals facebook graag doet, proberen we de werkelijkheid waarnaar taal refereert te amputeren. De Zwitserse linguïst Fernand de Saussure (1857-1913) heeft het lang geleden al uitgelegd.

Ik herinner me van decennia geleden een boek van vrouwelijke linguïsten dat spijkers met koppen leek te slaan: “Mannenpraat en vrouwentaal” (Van Gennep, 1979). Stereotypen willen namelijk dat mannen die spreken met taal omgaan (“mannentaal”), terwijl vrouwen die spreken praat verkopen (“vrouwenpraat”). De titel draait de rollen om. Helaas ontspoort de analyse vrij snel, omdat, net zoals bij Strubbe en Thomson, de feitelijkheid moet wijken voor het ideologisch gelijk. Wat nu weer opspeelt, werd ruim veertig jaar terug al uit de doeken gedaan. “Onze Taal” maakte er kipkap van.

Zo werkt het dus niet. Zo wel: kijk naar de samenleving, doe daar wat aan, de taal verandert mee of is met een steuntje snel geholpen.
De vervrouwelijking van “‘auteur” en “professeur”naar “auteure” en “professeure” in het Frans, was in een wip geregeld. Het klinkt ook heel gewoon en beantwoordt aan het simpele feit dat ook vrouwen massaal publiceren. Gewoon koppelen aan de feiten.
“Juffrouw” verdween van het woordenschattoneel, vanwege ongebruikt in de realiteit.
“Voor Christus” en “Na Christus” hebben ook hun beste tijd gehad. Niet omdat wetenschappers antichristelijk zijn, maar gewoon omdat je zo’n criterium niet kan volhouden wanneer je onderzoek uitvoert met, bijvoorbeeld, Chinese of Arabische vorsers. “VC” en “NC” werken verwarring in de hand, niet zeer wetenschappelijk dus.
Als een Fransmans zijn krantenwinkel of café binnenstapt met de begroeting “Messieurs, ‘dames”, dan hoeft daartoe niet eerst te worden gecontroleerd of er wel mannen / vrouwen aanwezig zijn. Het is evenmin dubbel seksisme omdat “Monsieur” eerst komt. Het betekent “Elk zijn goeie dag“, in het Catalaans zo simpel verwoord met “Bon dia, tothom”: goeie dag, iedereen. Of zoals bij ons: “Elk zijn goeie dag”. 

Soms heeft zo’n aanpassing een opstapje nodig, zoals in het Franse voorbeeld. Schrijvers, journalisten en intellectuelen van alle slag, signaleerden mogelijke alternatieven en die werden probleemloos overgenomen. Als het alternatief correleert met de werkelijkheid, beseft de gebruiker vrij snel dat het om vastgeroeste taal gaat. Roest verdwijnt niet vanzelf, maar taal moet altijd met de geschakeerde werkelijkheid in verband staan en niet met één ideologische wenselijkheid. Zo bestaan niet voor niets diverse “taalregisters”. Die reflecteren de werkelijkheid. Engelse woordenboeken namen heel lang het woord “fuck” niet op en tot voor kort werd het systematisch gespeld als “f…” of een variant ervan. Alle Engelstaligen gebruikten het daarom niet minder.

 Natuurlijk rekruteert krijgt de taalpolitie aanhangers: broekschijters en hypocrieten genoeg in deze wereld.
Helaas: door een “koffiekan” een “theepot” te noemen, verandert het wezen van de koffiepot niet, schuift de werkelijkheid geen millimeter op. De neutralisering van de taal, bij gebrek aan een echt inzicht, is bedrog. De enigen die op hun overwinning zullen kicken, zijn de vendelzwaaiers zelf. Terwijl zij met genoegen de uitgezuiverde taal lezen in hun krantjes, blijft de werkelijkheid wat ze was.

Wanneer de taal zich straks auf Behfel ook moet aanpassen aan politiek correcte constructen over religie, cultuur of ecologie, ziet het er belabberd uit.  Met de herdefinitie van de werkelijkheid, herschrijft men ook de geschiedenis. Dat verhaal is ons bekend.

Het gruwelijkste vind ik echter dat al deze activisten er gewoon voor kiezen om netjes actief te blijven in deze sociaal oneerlijke, economisch onverantwoorde en ecologisch gevaarlijke samenleving. Daar zal een gekleurde vicepresidente, een trans minister, een afro-feministische bedrijfsleider niets aan veranderen, zoals we al weten van de – eveneens verplichte - vervrouwelijking van de politiek- Merkel en Lagarde, bijvoorbeeld. De nieuwe voorzitter van de World Trade Organization is een voorzitster. Voor het eerst. En een Afrikaanse: voor het eerst. Het kapitalisme bibbert al!

Man, man, man …   miserie!

© Eddy Bonte www.eddybonte.be (redactie 8MRT2021, eerste publicatie in De Groene Belg  nr. 2091 van 8 maart 2021)

TIP
Een relevante bespreking van “Mannenpraat en vrouwentaal” (Van Gennep, 1979, diverse auteurs), vindt u hier: https://www.dbnl.org/tekst/_taa014197901_01/_taa014197901_01_0029.php

TIP VOOR GEVORDERDEN
Taalzuivering in een veertigtal talen:
https://www.researchgate.net/profile/Nicoline-Van-Der-Sijs/publication/254810350_Taaltrots_Purisme_in_een_veertigtal_talen/links/56750ab308aebcdda0dfc7e7/Taaltrots-Purisme-in-een-veertigtal-talen.pdf

Alle onzin kan u hier nalezen:

https://thenewswheel.com/womens-equality-day-why-cars-are-referred-to-as-she-and-why-it-has-to-stop/ 


https://www.vrt.be/vrtnws/nl/2021/03/02/waarom-we-beter-die-zeggen-in-plaats-van-hij-zij/