Joanjo Bosk: het Catalaanse strijdlied

 

Waar vind je ze nog, de singer-songwriters die het protestlied , ja, het strijdlied, hoog in het vaandel voeren? Wel, in Catalonië lopen er nog een flink aantal rond, waaronder Joanjo Bosk.

 

Bosk begon als rebellerende punker, maar schakelde algauw over op het genre dat als spreekbuis fungeerde van het Catalaanse verzet tegen het Franquistische regime en de vele autoritaire vlagen  die volgden, tot op heden, nu Catalaanse politici en middenveldleiders al meer dan 500 dagen in “voorarrrest” zitten. Dat genre heet “nova canço”, letterlijk “het nieuwe lied”, geïnspireerd op het Franse chanson. Namen als Raimon en Lluís Llach klinken hier als een bel, maar Joanjo Bosk mag zonder twijfel tot de voortzetters worden gerekend.

 

Republikeins alternatief

Geen compromissen bij Bosk, die opkomt voor Catalaanse onafhankelijkheid. Valt dat te rijmen met protest- en strijdliederen? Absoluut, want de Catalaanse autonomisten opteren voor een vrijzinnig, pacifistisch en republikeins alternatief. Sommigen, en niet weinigen, militeren voor een links, antikapitalistisch alternatief. Bij Bosk helt dat over naar het anarchisme, een politieke tendens die in Catalonië nog altijd leeft. Onder het motto “Cançons de Terra i de Llibertat”, trakteert hij een select publiek van fans en linkse activisten op een internationale selectie moderne strijdliederen en iconische nummers van vroeger, enkel bijgestaan door de knappe akoestische gitarist Toni Medialdea.  

Paco Ibañez en Victor Jara

We houden natuurlijk halt in het hedendaagse Catalonië met Llach en Raimon (met diens ‘Diguem No’), maar evengoed in  Spanje. Niet zomaar in Spanje. ‘Ay Carmela’ is een ‘klassieker’, een meezinger zelfs, die verhaalt over de verdediging van Madrid tijdens de burgeroorlog. Joanjo Bosk brengt ook de Spaanse singer-songwriter Paco Ibañez in herinnering met ‘A Galopar’ op tekst van de dichter Rafael Alberti. Die nam decennia terug de benen naar Parijs en bleef er. Nu we in het Spaans bezig zijn, moet Victor Jara wel aan de beurt komen: de Chileen Jara combineerde in zijn songs strijd en verzet met liefde en menselijkheid. Althans tot Pinochet hem liet oppakken. Zijn handen werden afgehakt, zodat hij nooit meer gitaar zou spelen, waarna hij voor alle zekerheid werd gemarteld tot de dood erop volgde. Een goed  anarchist als Bosk heeft een boontje voor de Fransman Leo Ferré en diens bekende lijfspreuk ‘Ni Dieu, ni maître’. Het publiek was bijzonder getroffen door Bosks intrieste lied over Puig Antich, een jonge anarchist die op het einde van het Franco-regime zonder vorm van proces werd geëxecuteerd door wurging. Het eerbetoon aan  het maquis middels Leonard Cohen kwam als een verrassing, maar ‘The Partisan’ viel absoluut niet uit de toon. In dergelijke politieke context, valt het humanisme van Cohen pas goed op.

Vorig jaar nog, werd Bosk gearresteerd en kreeg hij een boete aan zijn been. Hij had namelijk opgeroepen tot en meegedaan aan een actie tegen de opsluiting van Catalaanse leiders. Je vindt in Catalonië niet enkel protestzangers, maar zelfs protestzangers die nog actie voeren!

Meer info www.joanjobosk.com

© Eddy Bonte * Eerste publicatie op http://www.keysandchords.com/live---joanjo-bosk---17-mei-2019---cate-figueres-catalonieuml.html * Op deze zite: 11DEC2019, zie ook Carnet Català 

English Summary

They may have become rare as hen’s teeth in these überliberal days, but protest singers using the old voice-and-guitar format are still around. In fact, you will come across quite a few of them in Catalonia (don’t say Spain!). As it happens, the so-called ‘nova canço’ (literally ‘new song’) based on the French ‘chanson’ format wasn’t just the soundtrack to the protest movement to bring down Franco’s dictatorship, it was very much one of its pillars.
Introduced in Catalonia by singer-songwriters such as Maria Bonet del Mar, Lluís Llach and Raimon (who retired just last year), it has kept its rebellious function today. Joanjo Bosk is of a younger generation who fights for a left, republican and independent Catalonia, using his singing and song-writing talents to highlight the message. His concert (he was accompanied only by the beautiful acoustic guitarist Toni Medialdea) consists of a mixture of this ‘nova canco’ (orginal work and covers), spiced with the work of brothers and sisters in Catalonia and Spain (Paco Ibañez, who never returned from his exile in Paris) and other Spanish-speaking countries (Victor Jara of Chili, whose hands were cut off so he would never play again, after which he was tortured to death by Pinochet’s supporters). His rendition of ‘Ay Carmela’ about the defence of Madrid against Franco’s army reminded us of the parallel between authoritarian regimes old and new – especially as a dozen or so Catalan leaders have been in prison ‘provisionally’ for more than 500 days, with many more politicians, public officers, managers and citizens awaiting a sentence…  I also appreciated his Catalan cover of Leonard Cohen’s ‘The Partizan’, which made me realize how humane and universal that song really is.
Check him out here: www.joanjobosk.com

© Eddy Bonte 

PICTURES  on this are © Eddy Bonte, unless stated otherwise