Vrijzinnigheid en islam

Geen gijzeling van de persoonlijke ontvoogding

Als ik mij heel mijn leven vrijzinnig heb opgesteld, is dat niet om een andere heilsleer, de islam, de plaats van het teruggedrongen katholicisme te zien innemen. Gelovigen zoeken hun zingeving, en dus goed en kwaad, buiten zichzelf bij een god. Zo wordt de ontvoogding van mens en samenleving niet verder gezet, maar tegengehouden.

Om de clichématige repliek op de antiklerikale “overdrijvingen” van de vrijzinnigen en de zogenaamd “voorbijgestreefde” tegenstellingen tussen vrijzinnig en katholiek maar meteen in een hoek te schoppen: als de vrijzinnigheid in Vlaanderen zich de voorbije decennia zo sterk en zo prioritair tegen de katholieke kerk en haar sparring partners (de CVP voorop) heeft afgezet, is daar één goede reden voor: het was in hoofdzaak de katholieke zuil die de ontvoogding van de burger en de samenleving in de weg stond. Dat blokkeringsgedrag werd ook buiten de vrijzinnige actie om afgestraft: naarmate de Vlaamse samenleving zich op economisch, sociaal en politiek vlak ontvoogdde, verloor de katholieke zuil parallel aan invloed. De strijd tegen het klerikalisme is een strijd tegen àlle vormen van bevoogding, repressie, obscurantisme en censuur, kortom: een strijd tegen alle mensen en structuren die de ontvoogding en de zelfrealisatie in de weg staan. De vrijzinnigheid ageert aldus tegen de gijzeling van de persoonlijke zingeving en tegen de bevoogding. Door wie dan ook.


DRIE NIVEAUS

De vrijzinnigheid komt daarentegen op voor de ontvoogding en de democratisering op drie niveaus, namelijk het individu, de relaties tussen individuen en de relaties tussen groepen.

  • De gewetensvrijheid stelt de ontvoogding van het individu voor. De vrije informatiegaring en het recht op vereniging zijn er essentiële onderdelen van.
  • De vrijzinnigheid bevordert ook de democratisering van de relaties tussen mensen. Zij spreekt zich aldus uit tegen de aparte behandeling van, bijvoorbeeld, rijk of kansarm, man of vrouw, gelovig of atheïst. Daarom is de vrijzinnigheid in Vlaanderen bijvoorbeeld principieel voorstander van de pluralistische school, waar alle kinderen aan hun trekken komen en als volwaardig worden beschouwd omdat er geen enkele goede reden bestaat om hen van elkaar gescheiden te houden.
  • Tot slot ijvert de vrijzinnigheid voor de democratisering van de relaties tussen groepen en hun structuren. Zo ijvert de vrijzinnigheid voor de afschaffing van kastes (sociaal) en segregatie (raciaal). Berlijnse muren zijn per definitie fout. Vrijzinnigen zijn ook pacifisten. Om de wet van de jungle in te perken, zijn zij bovendien voorstander van een degelijke wetgeving: een goed begrepen regelgeving beschermt precies de zwakkere tegen de roofdieren.

Nu naderen we het punt waar vrijzinnigen en gelovigen zich van elkaar onderscheiden, want hoe realiseer je deze driedubbele ontvoogding, of beter: hoe zorg je ervoor dat elkeen in staat is ze zelf te realiseren of er aan mee te werken? Voor vrijzinnigen zijn hieraan drie voorwaarden verbonden:

(1) kennis moet het halen van de openbaring;

(2) het debat krijgt voorrang op dogma's;

(3) de lekenstaat (république laïcque), met de verlichte burger en de rechtsstaat als funderende componenten, garandeert democratische en respectvolle relaties tussen groepen en structuren.


DE LEKENSTAAT ALS GARANTIE

Openbaar onderwijs en het publieke debat, spelen hierbij de hoofdrol. Slechts zo wordt de vorming van dogma’s, vooroordelen, vooringenomenheid en superioriteit tegengegaan. Slechts zo wordt de vorming van vrij onderzoek, vrije meningsuiting, wederzijds respect en democratische ingesteldheid bevorderd. De lekenstaat moet elkeen in staat stellen zijn rol van verlichte burger volop te spelen om vrijheid, gelijkheid en broederlijkheid (solidariteit) te kunnen realiseren. Zo kan de lekenstaat geen discriminerende criteria toepassen bij de organisatie van staat en samenleving, bijvoorbeeld de indeling der burgers op basis van sociale komaf of religieuze aanhorigheid. De lekenstaat kan evenmin een voorrangsbehandeling toekennen, bijvoorbeeld op basis van culturele specificiteit. De vrijzinnige optie sluit aldus op een dubbele wijze getto’s uit. Enerzijds, mag de lekenstaat geen getto’s vormen. De lekenstaat doet een beroep op elke burger (via zijn geweten) en de gemeenschappelijke wil van al de burgers (via verkiezingen en wetten) om samen een democratie en een rechtsstaat uit te bouwen en te respecteren. Om het met de Franse oud-minister Jean-Pierre Chevènement te zeggen: de lekenstaat is gebaseerd op “la raison commune à tous les hommes”. Anderzijds, kan de lekenstaat mutatis mutandis niet toestaan dat zijn burgers zelf getto’s vormen. Elkeen die deze principes naleeft, kan toegang krijgen tot het burgerschap.


DOGMATIEK en SUPERIORITEIT

Met die dubbele afwijzing van getto’s, hebben vooreerst de katholieken en de joden in dit land moeite; zij houden zich het liefst op in hun eigen zuil om er hun dogmatiek en superioriteit te beleven. Ook liberalen (niet noodzakelijk VLD’ers) struikelen er en masse over. Aangezien hun democratisch en sociaal gevoel uiteindelijk wordt overvleugeld door individualisme en hiërarchie, passen zij in de praktijk de liefdadigheidsversie van de democratie toe: “égaux, mais séparés”. De andere is evenwaardig, als hij maar niet in onze buurt woont. De andere heeft recht op onderwijs, als het maar niet in de school van onze kinderen is. Er is een tweede reden waarom veel liberalen moeite hebben met de lekenstaat: zoals de gelovigen zich op Gods wet beroepen om de stand der dingen en vooral hun eigen superioriteit te verantwoorden, zo beroepen de liberalen zich op de natuurwet. Je kan het elke dag in de krant lezen: er zijn nu eenmaal verschillen tussen de mensen, dus. Fukuyama heeft er een paar boeken voor nodig, bedrijfsleiders een zin of twee in de financiële rubriek. Tot slot staan liberalen en bepaalde islamieten vereenvoudigde versies van de democratie voor, het soort waarbij de verlichte burger wordt ingeruild voor het type dat zichzelf weggomt: de rechtstreekse verkiezing van de zelfgeproclameerde leider of de herleiding van het debat tot een pro- of contra-stemming (e-voting, schrappen-wat-niet-past-referendum) en de verschuiving ervan van de openbare ruimte naar de beslotenheid van de woonkamer.


KANSEN VOOR ISLAMIETEN

Nochtans biedt de vrijzinnige positie ook kansen voor onze islamitische medeburgers.

1) Ten eerste omdat de “lekenstaat” enkel criteria bezigt die hij zelf bevordert: een lekenstaat kan derhalve zijn burgers nooit indelen volgens dogmatische, onderdrukkende of discriminerende criteria zoals etnie of religie. Islamitische medeburgers kunnen dus op basis van hun geloof niet worden gediscrimineerd. Maar zij zullen in hun geloof ook geen alibi mogen zoeken om zich cultureel af te zonderen, een voorrangsbehandeling af te dwingen of het maatschappelijk leven te sturen. Dit is de ware betekenis van de scheiding tussen kerk en staat, nl. dat een geloof het maatschappelijk debat niet kan bepalen omdat het is gebaseerd op dogma’s, de openbaring en Gods wet i.p.v. kennis via vrij onderzoek, het openbare debat en de lekenstaat.

2) Ten tweede, verwijs ik naar de filosoof Régis Debray, die in 2002 voor de Franse minister van Onderwijs een rapport schreef over de plaats van het godsdienstonderricht in de openbare lekenscholen (écoles laïcques): precies op basis van de vrijheid van geweten, kan de lekenstaat de vreedzame coëxistentie van religies (en niet-gelovigen natuurlijk) garanderen. Trouwens, dat is precies wat het officieel onderwijs bij ons doet. 

Een paar eeuwen terug, werd bij ons een maatschappelijke beweging in gang gezet die tot op heden voortduurt en die de bevrijding van mens en maatschappij tot doelstelling had. De hoofdtegenstanders waren wereldlijke, maar vooral religieuze machthebbers. De Franse Revolutie vatte het programma in één slagzin samen: “vrijheid – gelijkheid – broederlijkheid”. Hun complexe samenspel en onderlinge correcties en aanvullingen, bepalen het aangezicht van onze samenleving. De vrijzinnige uitgangspunten van het humanisme en het laïcisme zijn gemeengoed geworden, mede dankzij en in interactie met parallelle ontvoogdende evoluties op, bijvoorbeeld, sociaal-economisch en onderwijskundig vlak. Vlaanderen is daarom nog geen lekenstaat.

Maar nu in Vlaanderen het grootste obstakel van de ontvoogding is teruggedrongen – het katholicisme dus – kunnen vrijzinnigen niet aanvaarden dat andere medeburgers een contrareformatie prediken die de goddelijke openbaring, het dogma en de religieuze sturing van de maatschappij voorrang zouden verlenen op kennis middels vrij onderzoek, het openbaar debat en de lekenstaat. Ik wil de andere als mens tegemoet treden en dit veronderstelt dat de andere ontdaan is van alle camouflage: privileges, vooroordelen of geloof.

 

OOK GEPUBLICEERD in: *** "ZOEKICHT", onafhankelijk vrijzinnig tijdschirft, maart-april 2009, Contact: [email protected] *** Het Vrije Woord, jg. 49, januari-februari 2004 *** “Islam I laïcitat”, in “Espai de Llibertat”, nr. 38, segon trimestre 2005, Edita: Fundació Ferrer i Guàrdia, Barcelona,  www.laic.org.  (Catalaans).